Gelijck voor eenige dagen gemelt is, dat de Turcken tusschen den Drau en de Sau sig bevlytigden, om alle Macht by den ander te versamelen, en dese Plaets te ontsetten, soo heeft men sedert oock kondschap gekregen, dat den Bassa van Marogh, welcke de Wacht aen de Esegger- Brugge had, met een Manschap van 2500 Man, die hy in der yl by den anderen had versamelt, tot aen Flatina, 2 Mijl van hier, was gekomen, met intentie, om noch heden of morgen met de Baeg van Zerneg en Capiteyn van Gradscha, welcke ongevaer 1400 Man by haer hadden, te conjungeren; invoegen den Generael Velt- Marschalck geresolveert heeft, om de gesamentlijcke Croaten, onder het Commando van den Grave van Trautmansdorf, als Generael Wachtmeester, af te senden, en de een en de andere Party de conjunctie te verhinderen; ' t welck dan oock geluckiger, als men verwacht had, is afgelopen: vermits gister avont dese Party, zijnde ongevaer 4000 Ruyters sterck, is uytgegaen, de gantsche nacht heeft gemarcheert, en op heden vroeg omtrent 7 uren het Leger van den Bassa by Turbina heeft aengetast, welcke, nae dat hy eenige weynige resistentie had gedaen, geluckig in de vlucht is geslagen, en tot aen Flatina vervolgt, hebbende d'onse eenige 100 van haer neder gemaeckt, en veel Gevangens bekomen: d'onse, daer op weder te rug marcherende, hebben oock de andere Party aengetroffen, welcke, van dit Gevecht niet wetende, haer als in de handen viel, en mede in de vlucht wierdt geslagen. Indien de omleggende Bosschen de Turcken niet tot voordeel hadden gestreckt, souden'er weynige afgekomen zijn. D'onse hebben 12 Vaendels, 1 paer Paucken en eenige Gevangens in' t Leger gebracht, en aen den Velt-Marachalck gegeven. By dese twee Gevechten hebben den Generael Wachtmeester den Grave van Trautmansdorf, de Graven van Thurn en Caradijsen, den Oversten Fuanoick, benevens andere Heeren Croaten en Grens-Officieren, sig seer dapper gedragen. Van onse kant zijn'er omtrent 30 beschadigt, en 14, benevens een Hooftman, doodt gebleven. De Turcken hebben in tegendeel wel 1000 Man op de plaets gelaten, en is haer Leger, waer in veel Victualie was, ' t welck sy in dese Plaets meenden te brengen, verovert geworden. Op heden is het Regiment van den Velt-Marschalck alhier gearriveert, ' t welck in goede stant is. Men hoopt, dat dese Victorie de Belegerde tot het capituleren sal brengen, alschoon sy noch gesint schijnen, om sig tot de laetste Man te defenderen. Copye van een Brief door den Heer Hertog van Lottharingen. aen sijn Keyserlijcke Majesteyt geschreven. Aldergenadigsten Keyser en Heer: VErmits den Almachtigen God gisteren avont, zijnde het Feest vn St. Maria Magdalena, aen Uw Keyserl: Majesteyt een soo glorieuse en zeeghaftige Victorie heeft gegeven, soo heb ick niet konnen na laten Uw Keyserl: Majest: met onderdanige plicht door brenger deses, den Cavalier Carolo di Magni, Overste van de Dragonders, te berichten, hoe dat ick den voorleden avond, op sekere bekomene kondschap van den Vyant, heb besloten( de gantse Infanterye en de nootwendige Cavallerye tot voortsetting van de Belegering van Offen achterlatende) met de overige Cavallerye en duysent Man te Voet, onder' t Commando van den Grave van Auerspergh, gelijck oock 2500 Hussaren van den Vice-Generael tot Raab den Grave Johan Esterhasi, den selven Vyand tegen te gaen, welcke 2 Mijl van hier omtrent Hansehabetz sijn Leger hielt. Ik heb aldus de gantse nagt gemarcheert, en ben met het aenbreken van den dag een half uur van haer Leger aangekomen; en of wel de Turcken, op het aennaderen van Uw Keyserl: Majesteyts Volckeren, die in volle Batallie stonden, om den Vyand te attacqueren, uyt haer getrancheert Leger quamen, sig in Batallie stelden, om' t selve te defenderen, en wel 4 uren lang alle poging deden, om in de Flancken te komen, zijnde zy 15 a 20000 Man sterck, soo hebben wy echter van onse zyde alle mogelijcke vlyt aengewent, om des Vyandts desseyn soo lang te verhinderen, tot dat wy aen den ander mochten komen, gelijck oock in dier voegen is geschiet, dat den Almachtigen God door sijn oneyndelijcke goetheyt ons de Genade gedaen heeft, dat wy haer in confusie brachten, en sodanig vervolgden, dat wy niet alleen( gelijck in' t Ontset van Weenen) haer gantse Leger met alle de Tenten, Bagagie, Stucken, Haaf en Goedt hebben verovert, maar oock ten minsten 4000 van deselve ter neder gemaeckt, ende seer veel gequetst, behalvens' t geen de Ongaren en de Polen van Lubomirsky in' t nasetten daer van noch nedergehouwen en gevangen genomen hebben. Den Vyand heeft over de 1000 Janitsaren by sig gehad, welcke alle zijn nedergemaeckt. Behalven dien hebben wij oock de groote Vaen of Standaert, die den Grooten Heer aen den Primo Vizit plag te geven, op dat hy het Hooft-Commando soude aennemen, bekomen. Van gelijcken hebben wy oock de Tent van den Seraskier, welcke dese Armee commandeerde, gekregen, soo dat Uw Keyserl: Majesteyts Victorie, voor deze mael bekomen, ( God zy eeuwig lof) t'eenemael volkomen is geweest, en hoop ick, dat dit een seer groot voordeel aen onse tegenwoordige Operatien en de Belegering van de Opperstad en' t Slot van Offen sal geven. Den Prins Louis van Baden heeft met de Regimenten van Gortz en Savoyen den Vyand meer als een Mijl afwaerts vervolgt, en sijn Stucken verovert; dan de Ongaren en Troupen van Lubomirsky zijn noch verder gegaen. Ick versekere alderonderdanigst aen Uw Keyserl: Majest:, dat ick de dapperheyt en stantvastigheyt van de Ruytery, welcke deselve doen bewees, gelijck oock van der selver Officieren, die sekerlijck in deze Actie meer gedaen hebben, als men van haer had konnen verhopen, niet genoeg kan roemen. Niet minder moet ick oock bekennen van den Generael Velt-Marschalck Caprara, Prins Louis van Baden, Prins van Salm, en met een woort van alle d'Officiers, die sig by dese Actie bevonden. Op heden sal ick hier in het Leger het Te Deum Laudamus over dese geluckige Victorie laten singen, en referere my verders aen de mondelijcke wytlopige Relatie, die den Oversten Graef Magni aen Uw Keyserlijcke Majest: sal geven. Verblijve Uw Keyserl: Majesteyt alderonderdanigste en gehoorsaemste KAREL, Hertog Lottharingen. In' t Velt-Leger tot Offen den 23 July 1684.